Welkom bij een nieuwe aflevering van De Staat van de Straat.
Meer dan twintig jaar was de Vijzelgracht een bouwput vanwege de aanleg van de Noord Zuidlijn.
Die rijdt inmiddels al vijf jaar, maar aan de oppervlakte werd nog vijf jaar gewerkt aan de ondergrondse parkeergarage en de toegang daartoe via drie lift-perrons.
Sinds vorige week is de garage geopend voor buurtbewoners. In de Weteringbuurt worden parkeerplaatsen opgeheven. De autos verdijnen onder de grond middels een volledig geautomatiseerd serveersysteem. Bij veel mensen is er de angst dat dit tot storingen kan leiden. Zo is een soortgelijke garage op het Staringplein al jarenlang gesloten nadat de leverancier failliet is gegaan.
De vijzelgracht is onderdeel van De Rode Loper, het project van de Gemeente Amsterdam dat in 1991 werd geintroduceerd door Burgemeester Ed van Thijn en Sinterklaas.
De Rode Loper is het parcours van Centraal Station, Damrak, Rokin, Vijzelstraat, Vijzelgracht en de Ferdinand Bolstraat.
Net als in de Vijzelstraat bestaat de rijbaan voor auto's uit asfalt en het fietspad uit bakstenen. Het gevolg is dat je als fietser langzamer vooruit komt en auto's als gekken met 90 kilometer per uur voorbijscheuren. Maar daar is aan gedacht. Met de afronding van de herinrichting van de Vijzelgracht is aan het begin een 30 kilometer bord geplaatst. Dat moet zeker gaan helpen.
Het lifthuisje bij het Weteringsplantsoen hadden we al eens onder de loep genomen vanwege de bescherming door obstakels zoals twee zogenoemde Merkelblokken, verschillende soorten paaltjes en een Rubiks Cube.
De Merkelblokken zijn inmiddels verdwenen en vervangen door gelijksoortige paaltjes en iets wat lijkt op een verrijdbare plantenbak.
Naast de traditionele terras-aanduiding in de vorm van de stalen rondjes ontdekken we iets nieuws in het stratenmakers spectrum: stenen met een stipje er op. Dit blijkt bedoeld om aan te geven waar later een parkeervak met witte bakstenen als afbakening wordt gelegd. Op de Vijzelgracht zijn dat er inmiddels 4 voor laden en lossen. Dit eerste vak moet nog gedaan worden, de andere drie vakken kwamen hortend en stotend tot hun finale eindbestemming.
Naderhand is er nog wat verf toegevoegd, een finishing touch zullen we maar zeggen.
We zien nog iets nieuws, beugels om je bromfiets vast te kunnen zetten.
Liggen overal op De Rode Loper de rioolputdeksels tot grote ergernis op de fietspaden, omdat het trottoir op de Vijzelgracht is verbreed zijn de rioolputdeksels in de berm beland en hier en daar zelfs afgezonken in de verkeersdrempels.
De stoepbanden op de brug over de Lijnbaansgracht liggen er inmidddels ook alweer vijf jaar en wat u ziet is geen slijtage, vanaf het begin liggen ze er zo bij.
Deze reclamezuil maakt een verschrikkelijke herrie.
In de Noorderstraat zijn ze al begonnen met het weghalen van verkeersborden.
In de Fokke Simonszstraat zijn de parkeervakken inmiddels geblokkeerd.
Bij de aansluiting met de Prinsengracht is het een en ander gecorrigeerd. Telde het zebrapad eerder nog vier witte banen, daar is een vijfde baan bijgekomen. Er ontbreekt een "Uitgezonderd Fietsers"bord onder het eerste inrijverbodsbord. Wie vanaf de Vijzelgracht de ventweg op wil fietsen moet toch echt langs dit stukje.
De ventweg wordt geblokkeerd door een aantal paaltjes en een verzinkbare paal met een verkeerslichtinstallatie die al lange tijd buiten werking is. Even verderop staat nog zo'n verkeerslicht, de verzinkbare paal is al gesloopt.
Bij de noordelijke ingang van het metrostation zijn ronde banken geplaatst en een hele serie paaltjes. Kennelijk is men bang dat automobilisten pardoes de roltrap binnenrijden.
Deze spuuglelijke bewegwijzering stuurt toeristen die naar het Rijksmuseum, het Museumplein of het Leidseplein willen, de richting van het Weteringcircuit op, waardoor ze 400 meter omlopen. Via de Prinsengracht is het toch echt sneller.
De bestrating van de Voetgangerszone is hier een bonte variatie van zwart, rood en gele baksteen. De afwerking van de stoeprand met de ventweg is ronduit een zooitje.
De Rubiks Cube blijkt een versierde brandkraan te zijn. Na de protserige ingang van de metro
is er een parkje. Het groen tiert er welig, deze ventilatieschacht is vakkundig gecamoufleerd. In het perk zien we een paal van Waternet. Aan de straatzijde is het perkje afgezet met een dun ijzerdraadje.
Aan de kant van de Ventweg worden we geconfronteerd met steeds wisselende oplossingen: hier is alleen een trap, beveiligd met twee paaltjes, hier is een hellingbaan voor rolstoelen en een trap. Dan is er weer alleen een trap en nog een. Aan het einde is er helemaal geen trap.
De doorsteekpunten bij de rijbaan zitten niet op logische plaatsen. Wie recht oversteekt beland op een terras of op een laad en losplek.
Op een van de bankjes is een lang gedicht aangebracht. En er staan hier paaltjes met een slotje. Waarom is een raadsel.
Hier treffen we ook een verwaarloosde openingstegel uit 2018.
en een afgebroken verkeersbordpaal.
We naderen de ingang van de parkeergarage. Dit hier is de service-ingang, als die is geopend wordt hij afgeschermd met twee oranje hekken.
En dan nu het klapstuk van de Rode Loper, de lifthuisjes waar buurtbewoners hun auto kunnen stallen.
Het ontwerp is, zo lezen wij, afgestemd op de omgeving. Die wordt letterlijk weerkaatst in het spiegelende glas. Het oogt erg fragiel, ze zijn grotendeels van glas en staal en je wordt niet geacht te gaan staan op de behuizingen die ongetwijfeld een nuttige functie zullen hebben. Er is veel High Tech, je kunt zelfs op een aantal plateaus electrisch opladen.
De stickers met hoogte, breedte en zwaarte begrenzing zitten nu al los.
Op het middelste lifthuisje staat aan de ventwegzijde een gedicht dat we nauwelijks kunnen lezen.
In het plantsoen is een hoopje grint gestort, waarschijnlijk zodat je hier kan gaan staan om de poezie beter te kunnen lezen.
Voor wie zijn auto komt ophalen staat er een informatiezuil. Deze bestaat uit twee verschillende monolieten, die met elkaar verbonden zijn zodat ze niet snel zullen omvallen.
Onder het invoerscherm ontwaren we een luidspeaker, een microfoon, een knop en nog een uitsparing.
Wie aan komt rijden moet zich melden bij de informatiezuil, in de bestrating is duidelijk aangegeven waar men moet gaan staan.
Voor het eerste lifthuisje staat een paal met sensoren en camera's. Op afstand wordt dag en nacht meegekeken en nummerborden gecontroleerd.
Naast de informatiezuil staat weer zo'n paaltje met een slot.
Daags na de opening van de garage heeft men gemeent een tekstkar te moeten huren. Verkeer komende vanaf de Vijzelstraat wordt geattendeerd op de uitrit. Na een week is de tekstkar weer ingeleverd bij de verhuurder, zonder dat er een vervangend verkeersbord is geplaatst.
Sluiten we af met nog een verrassing: vanaf 8 december verdwijnt de tram uit de Vijzelstraat: lijn 24 krijgt dan het Frederiksplein als eindpunt, rijdt niet meer naar het Centraal Station en daarmee worden de haltes Vijzelgracht en Munt opgeheven. Het GVB gaat vooruit!